Sint-Annatunnel in Antwerpen

De Sint-Annatunnel is een voetgangers- en fietserstunnel onder de Schelde in Antwerpen.
De bouw ervan begon in 1931 en hij werd in 1933 geopend. De tunnel verbindt de stad met de Linkeroever, met andere woorden het oudere met het nieuwere Antwerpen.

Hij wordt door de Antwerpenaren ook wel de Voetgangerstunnel genoemd.
Sinds 1995 is stapvoets fietsverkeer in de tunnel toegestaan. Er zijn geen aparte stroken voor voetgangers en fietsers.

In 1997 werden de tunnel, de toegangsgebouwen en de technische uitrusting waaronder de houten roltrappen als monument beschermd.

Het horizontaal gedeelte van de  tunnel werd volledig in de Boomse klei uitgegraven. De tunnelbekleding bestaat uit gietijzeren elementen met loodvoegen. De binnenwand werd bekleed met keramische muurtegels in art-deco-stijl.

De 572 meter lange geboorde tunnel bevindt zich 31,57 meter onder de grond en heeft een  uitwendige diameter van 4,74 meter en een inwendige diameter van 4,30 meter.
Beide kanten hebben een lift voor 40 personen of maximaal 3000 kg, en twee maal twee authentieke houten roltrappen. Deze roltrappen waren voor die tijd een echte nieuwigheid.
De afmetingen van de tunnel en van de liften werden zo gekozen dat het mogelijk was om in geval van nood met een ziekenwagen of politievoertuig door de tunnel te rijden.

Linkeroever.

Abdij van Val Dieu (Aubel)

De Abdij van Val-Dieu is een voormalige cisterciënzerabdij in de gemeente Aubel in de provincie Luik. De abdij, gesticht in het begin van de 13e eeuw, is thans een bezinningscentrum en een bezoekerscentrum met onder andere openbaar toegankelijk park, een brouwerij (met proeverij), een restaurant en een winkel.

In februari 2002 verlieten de laatste drie monniken de priorij. Hun plaats is ingenomen door een christelijke lekengemeenschap, geïnspireerd door de regel van Benedictus en de traditie van de cisterciënzers. De lekengemeenschap van Val-Dieu is verbonden met de abdij van Lérins, het oudste klooster van Frankrijk.